SOJK Nummer 91
Goedemorgen,
Vroeger was de wereld kleiner. In sommige opzichten is het heel fijn dat we nu digitaal ontwikkeld zijn en veel meer van de wereld aan onze voeten hebben. Heck, ik schrijf dit vandaag vanuit Zwitserland waar ik twee weken kan werken en verblijven. Dat is winst, al mis ik de meiden wel.
Als 7 jarige op mijn eerste echte mountainbike in Vught fietste ik vaak twee hoeken om naar een winkelstraatje om boodschappen te halen die mama vergeten was. Of met vriendjes Jawbreakers kopen bij de chagrijnige man van het boekwinkeltje. Om precies te zijn zat er een kleine supermarkt, een bakker, een slager, groenteboer, een boekhandeltje en een friettent.
Het klinkt idyllisch, en dat was het ook. Deze zaken werden allemaal gerund door zelfstandig ondernemers toen de hype rond entrepreneurship nog moest worden uitgevonden. Naast het feit dat deze mensen een eigen zaak hadden woonde ze om de hoek. We wisten wie ze waren en zij kende ons.
Dat zorgt voor een hoge mate van sociale controle. Ik kan me zelfs nog herinneren dat ik eens wisselgeld kreeg bij de friettent voordat ik had afgerekend. Toen ik trots thuis kwam met meer geld dan ik heen ging en de volledig juiste bestelling, werd ik tóch terug gestuurd om te zorgen dat alles alsnog netjes betaald werd. Dat is goed fatsoen.
Je kwam deze ondernemers tegen bij de lokale feestjes, op het schoolplein en bij de lokale sportclubs. Dus zorgde zowel de klanten als de ondernemers ervoor dat ze altijd door één deur konden.
Met de introductie van schaalvoordeel en marktwerking zag je de opkomst van grote en kleine ketens. De lokale bakker werd gesloten. De groenteboer en slager fuseerde nog even maar verdwenen ook. Er was niemand om de boekhandel over te nemen en de kleine supermarkt werd een vrij grote Lidl.
Ineens verdween die lokale ondernemer die achter de toonbank zorgde dat alles netjes was, die eerlijk wilde zijn naar zijn klanten en niets stiekem deed. Nu is er slechts een medewerker, en die medewerker voelt niet direct de gevolgen van een klant slecht behandelen. Of een hele hoge prijs vragen, want je hoort ze zeggen: “Ja ik weet het, duur he, maar ik maak de prijzen niet.” Die medewerker krijgt gewoon salaris, ook al is de toonbank een zooitje, of loopt de klant met een naar gevoel naar buiten.
Hierdoor is het makkelijk geworden voor organisaties om dingen te doen die niet direct in het belang zijn van de lokale gemeenschap. Maar vooral goed zijn voor zichzelf. Een paar euro meer of minder, als de stapjes maar langzaam genoeg zijn hoor je niemand klagen. Iets kleinere porties dan eerst, kan makkelijk. De eigenaar zit namelijk op een zonnig eiland terwijl de centen makkelijk verdiend worden.
Maar zeg nou zelf. Als kind werd ik terug gestuurd naar de friettent. Maar zou je bij een drukke McDonalds, waarvan je niet weet wie de eigenaar is, en er van overtuigd bent dat de prijs van een McMenu toch al zo enorm gestegen is, dezelfde afweging gemaakt hebben?
LYLT
Lees:
Prophet Song / Paul Lynch - dit boek gaat over een Ierland dat langzaam een totalitaire staat wordt. Dit boek grijpt je bij de keel en laat niet meer los. Schrikbarend realistisch.
Doe:
Wandelen - ik schreef er al eerder over. Maar hier in Zwitserland wordt het nog maar eens bevestigt. Wandelen is goed voor je.
Kijk:
Back to Black - ik ben heel benieuwd naar deze biopic over het leven van Amy Winehouse.
Luister:
Tristan Hofman Podcast / Mark Vletter - heel fijn gesprek met ontzettend waardevolle inzichten van Groningse ondernemer Mark Vletter.